4 november 2022

“Onrechtvaardig stikstofbeleid kabinet zet boeren met rug tegen de muur”

Scherpenzeel - Tijdens een openbare thema-avond rondom het thema stikstofproblematiek zijn zo’n honderd bezorgde agrariërs en belangstellenden uit de regio bijeengekomen in Kulturhus de Breehoek. De almaar toenemende onrust in de agrarische sector was voor de SGP afdelingen van Renswoude, Scherpenzeel en Woudenberg samen met de SGP-fractie van provincie Utrecht aanleiding om een viertal deskundigen hun licht op de zaak te laten schijnen.

De onrust op het boerenerf is volgens Henk van der Wind, melkveehouder uit Maarsbergen, onder andere te wijten aan de grote problematiek van zogenaamde PAS-melders, agrariërs die onder de PAS geen vergunning nodig hadden, maar dat door de uitspraak van de Raad van State nu wel nodig hebben. Doordat hun bedrijfsvoering niet vergund is, loopt bedrijfsopvolging door jonge boeren spaak. Daarnaast veroorzaakte het kaartje van minister Van der Wal veel onrust. “Het kaartje is dan wel van tafel, maar de onrust die het veroorzaakte is niet weg en ook de intenties achter het kaartje zijn niet weg. Ik ben ervan overtuigd dat de boeren zeker wel willen bewegen als dit maar niet direct ten koste gaat van bijvoorbeeld veeaantallen.”

 

Van der Wind wijst erop dat voedselproductie van wezenlijk belang is. Het overstijgend beleid van de EU op dit punt kan hij dan ook niet volgen. “Europese gebieden die nu nog voedsel produceren zullen in de toekomst vermoedelijk minder gaan leveren gezien de klimaatverandering. De EU zou er goed aan doen om na te denken over de vraag waar zij haar voedsel voor de komende 10 tot 20 jaar vandaan wil halen. In Nederland beschikken we over essentiële randvoorwaarden voor goede landbouw: vruchtbare grond in combinatie met voldoende vocht.” Hij noemt het wrang om te constateren dat natuurgebieden in Nederland volop bescherming genieten, maar dat we nog geen hectare landbouwgrond hebben beschermd. Van der Wind waarschuwt voor hoge voedselprijzen die zomaar op de loer zouden kunnen liggen als we in Europa niet voldoende voedsel blijven produceren. “Als het voedsel niet naar de crisis gaat, zal de crisis naar het voedsel komen.”

Steven van Westreenen geeft aan in zijn werk als landbouwadviseur veel nood, boosheid, en vragen onder boeren tegen te komen. Vragen als: “Is er nog wel toekomst voor ons bedrijf?”, “Waarom wordt vooral naar de agrarische sector gekeken?” en “Wordt wel beseft dat de agrarische sector al 68 procent van de stikstofuitstoot heeft gereduceerd?” komt hij iedere dag tegen. Hij vervolgt: “Met een enkele pennenstreek lijkt de diepgewortelde agrarische cultuur in ons land weggevaagd te worden. De agrarische sector verdient juist veel waardering voor alle inspanningen die de boeren van generatie op generatie door weer en wind en ook in samenhang met de natuur hebben geleverd.” Van Westreenen geeft aan dat het goed zou zijn om denkkracht en mogelijkheden te bundelen om zo mogelijk een stap vooruit te komen richting de oplossing.

Geesje Rotgers, onderzoeksjournalist bij Stichting AgriFacts (STAF), benoemt dat ze het heel mooi vindt dat boerenorganisaties vrij collectief hebben gezegd: “we moeten af van een stikstofbeleid gebaseerd op een rekenmodel en de kritische depositiewaarde (KDW) en toe naar een goede staat van instandhouding van de natuur”. Aan de hand van een recente grafiek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) maakt Rotgers duidelijk dat een verlaging van de stikstof maar één van de factoren is die invloed hebben op de gunstige staat van instandhouding van de natuur. Extra leefgebied creëren heeft daarentegen een behoorlijk grote invloed. “Het creëren van extra leefgebied is een van de belangrijkste zaken van het Nederlandse natuurbeleid; nog belangrijker dan stikstof.”

Naar aanleiding van een uitspraak van Minister van der Wal dat de natuur in Nederland achteruit holt heeft Rotgers onderzocht of Brussel hier ook zo over denkt. Ze heeft hierbij gekeken naar een uitvoeringsbesluit van de EU waarin staat hoe de staat van instandhouding van de natuur in EU-landen beoordeeld dient te worden. De onderzoeksjournalist geeft aan dat heel opmerkelijk is dat uit de Europese rapportages een heel ander beeld van de staat van instandhouding van de natuur blijkt dan in Nederland naar aanleiding van stikstofoverbelasting van Natura-2000 gebieden wordt geschetst. Rotgers concludeert dat er voor de Nederlandse natuurgebieden geen verband is tussen overschrijding van de KDW en de staat van instandhouding van deze natuurgebieden. Het PBL komt tot dezelfde conclusie. Volgens Rotgers is dit ook logisch als je bedenkt dat stikstof slechts een beperkte factor is voor een gunstige staat van instandhouding van de natuur. Rotgers vat ten slotte samen dat Nederland een heel eigen invulling geeft aan de staat van instandhouding van de natuur en hierbij niet het Europese uitvoeringsbesluit volgt waarin precies wordt weergegeven hoe per natuurgebied de staat van instandhouding van de natuur moet worden gerapporteerd.

Bertrick van den Dikkenberg, Statenlid voor de SGP-fractie van provincie Utrecht, schetst het perspectief dat zijn fractie ziet voor de agrarische sector in de provincie Utrecht. Bertrick spreekt uit dat er zeker toekomst is voor de landbouw, omdat het een heel duurzame en innovatieve sector is die we in Nederland en ook in geopolitiek opzicht hard nodig hebben. Hij refereert aan de oorlog in Oekraïene, die voedselonzekerheid met zich meebrengt. Naar aanleiding van het rapport van Remkes geeft Bertrick aan dat de kern van het stikstofprobleem van juridische aard is. “Dat probleem wordt niet opgelost door Remkes.” Aan het eind van zijn presentatie schetst hij drie lijnen waarin de agrarische sector toekomst geboden moet worden. Allereerst moet er ruimte blijven voor groeiers, agrarische bedrijven die zich toeleggen op innovatie en duurzaamheid. Nieuwvestiging en verplaatsing naar geschikte gebieden moeten mogelijk blijven of worden. Daarnaast moet de overheid serieus werk maken van de ondersteuning van verbinders, agrarische bedrijven die werk willen maken van natuur en voedselvoorziening in de korte keten. Ten slotte is het ook belangrijk dat stoppende boeren op een goede manier worden begeleid, goede fiscale regelingen krijgen aangeboden en dat de vrijkomende agrarische bebouwing snel weer wordt ingevuld.

De avond werd afgesloten met een forumdiscussie waarbij de sprekers in gesprek gingen met het publiek. Vanuit de zaal kwamen veel kritische vragen over het huidige landbouw- en natuurbeleid. Boeren toonden zich bezorgd over de positie van de agrarische sector in Nederland en lieten merken weinig praktisch inzicht te zien in het Haagse beleid.

De bijeenkomst was een vierde avond in een serie van negen door heel de provincie Utrecht. Statenlid Bertrick van den Dikkenberg gaat onder de noemer van Tour de Boer naar alle hoeken van de provincie om te luisteren naar boeren, te vertellen waar de SGP zich de afgelopen periode voor heeft ingezet en welk perspectief de fractie ziet voor de agrarische sector.