Ze is inmiddels ruim een half jaar onze, burgemeester, of moeten we zeggen burgermoeder? De rode lantaarn voor jongste burgemeester van Nederland staat nog steeds in de vensterbank op haar kamer. Bekend van het ‘ommetje met de burgemeester’, haar warme columns in de krant en haar pleidooi voor een sociaal en veilig Woudenberg. Tevens groot liefhebber van klassieke muziek. Op bezoek bij burgemeester Magda Jansen…

Begin dit jaar gaf u in een interview aan nog in de rij te staan voor een huis in Woudenberg, heeft u inmiddels een Woudenbergse stek gevonden?

 

Jazeker! Het is gelukt om een huis in Woudenberg te vinden en inmiddels zijn wij ook verhuisd. Heel fijn dat dat goed uitkwam met de start van onze kinderen na de zomervakantie op hun nieuwe school.

 

U heeft in verschillende gemeenten gewerkt met verschillende gemeenschapskarakters, hoe kijkt u aan tegen de woudenberger? (noot: bijvoorbeeld introvert of extravert, enthousiast of gematigd, in voor feest of activiteit of juist rustig en afwachtend, naar voren stappen bij een crisis of liever wat in de schaduw)

 

Wat mij opvalt is dat ‘de Woudenberger’ niet bestaat. Woudenberg bestaat juist uit een heel divers palet aan inwoners. Misschien wel diverser dan menigeen denkt. Dat brengt met zich mee dat voor elk ook wat wils is, ook qua voorzieningen. Ik signaleer soms een wat afwachtende houding als het bijvoorbeeld gaat om het melden van zaken bij de politie. Dat zou kunnen komen vanwege het feit dat mensen elkaar ook snel kennen en een bepaalde mate van verbondenheid voelen die melding doen in de weg staat. De komende tijd ga ik daar ook meer op inzetten. Melden is geen ‘klikken’, maar juist een teken van een volwassen samenleving waar je met elkaar viert en deelt en waar tegelijkertijd ook sprake is van een zelfreinigend vermogen. Dat hoort wat mij betreft juist bij elkaar.

 

Het nieuwe college is nu warmgedraaid, hoe heeft u de eerste weken met deze nieuwe en jonge groep ervaren? En is het belangrijk om ook jongeren in de raad te hebben?

 

Het college is nieuw, maar zeker niet onervaren. Iedereen brengt een eigen expertise mee en het mooie is dat dat elkaar versterkt. Ik ervaar het college als inhoudelijk en heel betrokken en ik ben daar erg blij mee.

 

Het mooiste is als een raad een goede afspiegeling is van de samenleving. Dat gaat in ons geval niet overal voor op, denk alleen maar aan het feit dat er slechts twee van de vijftien raadsleden vrouw is en op het gebied van culturele diversiteit is onze raad ook nog geen afspiegeling van de Woudenbergse gemeenteraad.

 

Dat er dan wel meerdere jongeren zijn, doet mij goed. Zonder zich jeugdig voelende raadsleden tekort te willen doen, zitten wij nu op 1/3 jongeren in de raad. Dat is een mooie score. Jongeren brengen ook weer hun eigen ervaring van alle dag mee in de raad en dat helpt om als raad een weloverwogen besluit te kunnen nemen. Bovendien zorgt verjonging ook voor een toekomstbestendige lokale democratie. Ook daarom ben ik blij dat wij ruim in de jonge raadsleden zitten.

 

Onder uw burgemeesterschap wordt de burger heel nadrukkelijk betrokken bij het gemeentebestuur, denk aan de jaarwisseling en de stikstofproblematiek. Is dat een juiste analyse en waarom vindt u dat zo belangrijk? (noot: zou bijvoorbeeld beleid anders zijn als dit niet zo was en wat voor uitwerking zou dat hebben? Onderaf/bovenaf. Ik denk ook aan uw woorden over dienend leiderschap)

 

Voor mij staat voorop dat ik hier niet voor mijzelf zit. Ik ben er voor onze inwoners en zie het als mijn opdracht en ook wel plicht om de samenleving te dienen. Wat ik ook doe, de zorg voor de samenleving is de drijvende kracht.

 

Zeker omdat ik ook besluiten moet nemen waar verschillende belangen tegengesteld zijn, of die impact kunnen hebben op onze samenleving, vind ik het belangrijk om de inwoner te betrekken. Soms vooraf, zoals bij de bijeenkomsten rondom de jaarwisseling. Soms is het besluit ook al genomen, zoals bij de opvang van Oekraïense vluchtelingen en zie ik het als mijn verantwoordelijkheid om tijdens een bijeenkomst nadere tekst en uitleg te geven, vragen van inwoners te kunnen beantwoorden en ook suggesties kan meenemen.

 

U heeft eens in een toespraak gezegd burgermoeder te willen zijn. Ziet u misschien parallellen tussen ouderschap en burgemeesterschap?

 

Leuke vraag! Mijn rol als moeder thuis is -gelukkig- niet hetzelfde als tijdens de uitoefening van het ambt. Er zijn wel paralellen met het moederschap. Net als dat ik een schouder ben om bij uit te huilen als een van mijn dochters is gevallen, liggen in het burgemeesterschap lief en leed dicht naast elkaar. Dan voel ik een grote mate van verantwoordelijkheid en een zorgplicht naar een inwoner. Daar leef ik dan mee mee en kijk ik ook wat ik verder zou kunnen betekenen. Het kunnen soms juist de kleine dingen zijn, even een bosje bloemen langs brengen, die het verschil maken.

 

Over opvoeden gesproken: op uw social media kanalen zien we geregeld filmpjes van uw kinderen die muziek maken. Muziek lijkt een belangrijk deel in uw leven en opvoeding te zijn. Kunt u uitleggen waarom muziek zo belangrijk is en wat het met u doet?

 

Klassieke muziek is mij met de paplepel ingegeven. Het was niet de vraag of ik een muziekinstrument zou gaan spelen, maar welk instrument. Ik koos voor de altviool. Die mooie warme klank vond ik als klein meisje heel fascinerend en nog steeds. Ondanks dat mijn sociale leven wat onder druk staat sinds mijn burgemeesterschap, blijf ik trouw deel uitmaken van ‘mijn’ strijkkwartet. Het is heerlijk om met elkaar muziek te maken, goed naar elkaar te luisteren en iets moois neer te zetten. Daar kan ik enorm van genieten. Het mooie van klassieke muziek is wat mij betreft dat elke keer dat ik het luister, ik weer iets nieuws kan ontdekken. De gelaagdheid, dynamiek en ook verschil in uitvoering van musici, maakt het voor mij de ideale muziek.

 

Als ik op een werkdag even tijd heb tussen afspraken door, zet ik graag klassieke muziek op. Daar heb ik zo mijn voorkeur voor barokmuziek en de meer romantische muziek. Met minimalistische muziek doe je mij een minder groot plezier. Het vaak repeterende karakter daarvan, zorgt ervoor dat ik vooral onrustig word en laat dat nu net het tegenovergestelde zijn van de bedoeling ervan.

 

Misschien nog een luistertip?

 

De altviool is over het algemeen geen solo-instrument en vooral de smeerolie in een orkest of ensemble. Maar ik ben natuurlijk wel heel trots op het instrument dat ik bespeel en geef graag de tip voor het eerste strijkkwartet van Bedrich Smetana. En dan in het bijzonder het eerste deel. Dat begint met een grote solo voor de altviool waar ik zelf ook – met plezier - mijn tanden op stuk heb gebeten.

 

Het is niet het meest vrolijke stuk. Smetana heeft dit stuk gecomponeerd toen hij, waarschijnlijk vanwege het feit dat hij aan syfilis leed, compleet doof was geworden. Op zichzelf een prestatie van formaat. Het strijkkwartet heet ‘Uit mijn leven’ en elk deel behandelt een deel van zijn leven. Het eerste deel gaat over zijn jeugd, het tweede deel bevat nationalistische elementen, het derde deel heeft Smetana aan zijn toen reeds overleden vrouw opgedragen. Het vierde deel, tot slot, gaat over zijn doofheid.

 

Bij uw beëdiging werden door een raadslid woorden uit Cantate 29 van Bach geciteerd: “Zegen hen die ons regeren, Die ons besturen, beschermen, leiden, Zegen hen die gehoorzaam zijn.” Wat betekent het geloof voor u bij uw werk?

 

Ik was aangenaam verrast dat Bach werd geciteerd tijdens mijn installatie. Dat voelde voor mij als een warm welkom. Het mooie van de cantate die werd aangehaald, was dat het een zogenaamde wereldlijke cantate van Bach was die Bach schreef voor de wisseling van het stadsbestuur van Leipzig. Een cantate die niet bestemd was voor uitvoering in de kerkelijke gemeente, maar in de burgerlijke gemeente. Op die manier kwamen mijn liefde voor klassieke muziek en de start van mijn burgemeesterschap mooi samen.

 

Van huis uit ben ik opgegroeid in een reformatorisch nest. Inmiddels ben ik lid van een oecumenische gemeente met grote aandacht voor liturgie en kerkmuziek. Daar voel ik mij thuis en weerspiegelt in zekere zin ook mijn kijk op het burgemeesterschap. Ik zie mijzelf als een ‘oecumenische’ burgemeester waar ik vooral zoek naar wat ons bindt, waar ik er ben voor iedereen en waar ik – vanzelfsprekend- geen onderscheid maak tussen Woudenbergers.

 

Wat zijn naar uw idee dé uitdagingen voor Woudenberg in de komende tijd?

 

Er zijn uiteraard uitdaging te benoemen. Tegelijkertijd wil ik ook benadrukken dat Woudenberg een prachtige gemeente is, waar de financiële positie er een stuk rooskleuriger voorstaat dan een jaar geleden en waar ik de betrokkenheid groot vind.

 

Toch nog even over de uitdagingen. Woudenberg heeft een grote uitdaging als het gaat om woningbouw en heeft vanuit haar ligging in de Gelderse Vallei absoluut een uitdaging rondom het stikstofdossier. Tot slot gaat ondermijning, de vermenging tussen de boven- en onderwereld, ook Woudenberg niet voorbij. Zeker nu de aanpak van grotere gemeenten steeds effectiever wordt, gaan criminelen eerder naar kleinere gemeenten om hun illegale activiteiten te ontplooien. Het is mijn ambitie om hier in Woudenberg extra op in te zetten. Dat is een zaak van langere adem, maar wat mij betreft zeker de moeite waard.